najaarPolen.reismee.nl

Thuis.

Op dinsdag 6 oktober vertrokken we uit Polen naar Duitsland, op weg naar huis. Het werd kouder en er was veel regen voorspeld. Dat kwam ook uit. Onze eerste camping in Duitsland was ten zuiden van Berlijn en we hadden het plan om een dag naar deze stad te gaan. Maar die dag regende het te hard om een stad te bezoeken. In plaats daarvan gingen we naar een kampeerwinkel in Werder. Ons elektrisch kacheltje was deels kapot, een van de twee spiralen werkte niet meer. En het werd kouder dus er moest een nieuw kacheltje komen. We kochten een lief radiatoortje. Terug op de camping knipte Albert de elektriciteitsdraad van het oude kacheltje en ik gooide het in de vuilcontainer van de camping. Dat leuke radiatorkacheltje werkte wel goed maar het duurde uren voordat het aangenaam warm was. De weersvoorspelling was nu dat het zelfs overdag tussen 0 en 5 graden zou worden, dus ga ik ’s avonds laat met een zaklantaarntje naar de vuilcontainer, licht het deksel van de container en ja, daar lag ons kacheltje onder een betonnen bak en een oud vloerkleed. De campingeigenaar was blijkbaar aan het renoveren. Gelukkig had ik het kacheltje in een doos gestopt voor ik het weggooide en lag het vloerkleed tussen kacheltje en betonnen bak. Met een ruk aan het vloerkleed kreeg ik het kacheltje vrij, Albert knutselde de draad er weer aan en met twee kacheltjes kregen we het aangenaam warm.

De volgende camping in Duitsland was in Ebstorf, op de Lueneburger Heide. Hier waren we twee keer eerder geweest. De camping ligt in een bos en we hebben er mooie wandelingen gemaakt onder en tussen de uitbundige herfstkleuren. Ebstorf is een klein en mooi dorp. Ook bezochten we het stadje Uelzen. Uelzen heeft een station waar de Oostenrijkse kunstenaar Hundertwasser een kunstig geheel van heeft gemaakt. Zie foto’ s.

’s Avonds werd het echt koud en ’s nacht lag de temperatuur om het vriespunt. Maar deze keer had Albert de gaskachel aangezet die ’s nacht op een laag pitje bleef branden. Zo was het echt comfortabel in ons woninkje. Maar de derde avond werd het opeens koud. De gaskachel gaf geen warmte meer, het gas bleek op te zijn, sneller dan we gedacht hadden. Omdat onze BP-gasfles niet te koop is in Duitsland verwarmden we de caravan vanaf die dag met de elektrische kacheltjes. De winterse kou was toen voorbij dus die kacheltjes konden dat goed aan.

Op 17 oktober hadden we een leuk feest bij onze vrienden in Brake. Zij vierden dat ze beiden 60 jaar zijn geworden. Er was een uitgebreid visbuffet met als extra’s aardappelgerechten, salades en twee soorten vlees. Alle gasten (meer dan vijftig) vermaakten zich prima. Terug in de caravan gonsde mijn hoofd nog uren van de Duitse taal en de muziek.

Wij mochten onze caravan achter het gebouw van het visbedrijf zetten en voor Euro 5,00 kregen we elektriciteit.

Onze vrienden hadden ervoor gezorgd dat we in een hotel in Brake konden ontbijten - samen met andere gasten van het feest - waarna we nog een kopje thee/glas water bij hen thuis dronken en daarna verder reisden. Om 17.00 uur kwamen we aan op een camping in Twente. Ook op deze camping waren we eerder geweest. Het had vrijwel de hele dag gemiezerd waardoor we niet op het kampeerveld konden staan maar we mochten op het met stenen geplaveide erf voor de boerderij staan. We waren van plan twee dagen te blijven, om bij te komen van het feest en voor een wandeling in het mooie Twentse land, maar het weer was op maandagochtend zo grijs en grauw en nat dat we besloten naar huis te gaan.

De navigator gaf vanaf de camping aan dat we naar rechts moesten, langs het kanaal, in plaats van linksaf zoals we gekomen waren. Daar we geen verkeersborden zagen die zeiden dat het niet mocht of anderszins waarschuwden, sloegen we rechtsaf. Na twee kilometer ging het asfalt over in een zandweg, ay, ay, en dat met dit natte weer. De door de navigator beoogde afslag naar een binnenweggetje konden we niet nemen want de afslag was te scherp en te smal voor een combinatie auto-caravan. We moesten dus verder, door een modderig gedeelte waar Albert de combinatie slippend en zacht slingerend met links bomen en rechts het kanaal doorheen stuurde. En daar was de brug die naar een asfaltweg aan de andere kant van het kanaal voerde, maar helaas, de brug was zo vernauwd dat er alleen een mini of een Smartje doorheen kon. Rechtdoor was verboden voor auto’ s. Dus we keerden de combinatie (na zoveel jaren caravannen zijn we daar bedreven in) en hobbelden terug over het zandpad, door het modderige gedeelte waar Albert de combinatie slippend en zacht slingerend met rechts bomen en links het kanaal doorheen stuurde. We zuchtten diep van opluchting toen we weer op het asfalt waren. En ik gaf een boze blik naar het navigatie apparaat want zodra we bij de brug gekeerd waren gaf het ding aan dat we nu beslist op de goede weg waren en dat de terugweg de goede weg was! Het blijven onberekenbare dingen.

We zijn weer thuis. Er moet nog veel gedaan worden, de caravan moet leeggehaald en schoongemaakt, wassen gedraaid, alles weer een plaatsje vinden. En tijd nemen voor een rustig bakje koffie. Aan het eind van de week gaat de caravan naar de reparateur voor een nieuw wasbakje. En als alles, alles aan kant is bak ik een appeltaart.

Terwijl ik dit schrijf komt de zon tussen de wolken door, tovert herfstkleuren op de bladeren van de lijsterbes in onze tuin en zet de (sinds mei) bloeiende fuchsia in een zomerse gloed.

Leuk dat jullie meereisden via ons reisblog. Bedankt voor jullie belangstelling en reacties.

Hartelijke groet,

Corrie en Albert.

Nog meer van Polen.

We staan nu twee weken op camping Bumerang op het Poolse platteland. Hier hebben we een Nederlands stel ontmoet dat al jaren in deze omgeving woont. Zij hebben ons attent gemaakt op interessante plaatsen in de omgeving en ons rondgetoerd naar markten, een braderie en het stadje Lowicz waar men dacht dat er een feest was maar dat er niet was. We hebben er toen maar wat geocaches gezocht en zowaar allemaal gevonden. Zij brachten ons ook in contact met een automonteur. Over de auto (monteur) volgt hierna een verhaal van Albert.

De campingeigenaar heeft ons wat verteld over het platteland. Iedere kleine boer heeft ongeveer 3 - 5 ha. land. Ze worden gesubsidieerd door de EU met Euro 200,00 per hectare. Hierdoor kunnen ze overleven, blijft de kleine boer in stand en blijft ook het karakteristieke Poolse landschap. Er zijn ook nadelen, maar we konden niet dieper op dit onderwerp ingaan want nieuwe gasten kondigden zich aan.

In dit dorp zijn de stukken land lange, smalle stroken akkerland van bosrand tot bosrand. Het huis staat ongeveer in het midden van de strook. De boerderijen staan naast elkaar aan een weg en aan de omheining van elk pand kun je zien hoe breed het stuk land is. In de buurt van het huis is altijd wel een weitje waar een enkele koe op staat. Ze staan aan een ketting maar worden 1 á 2 keer per dag verplaatst. Gisteren zag ik de buurman en -vrouw aardappelen rooien op hun stuk land. De vier koeien die ze hier hadden gezet (aan de ketting) zochten met hun grote snuiten in de grond alsof ze iets te eten vonden op dit kale stuk land. Zouden ze aardappelen lezen?

Men stookt hier niet meer op bruinkool maar op steenkool of hout. En de daken zijn van metaal, van blik werd ons verteld. Er zijn oude huizen die nog daken van asbest hebben.

En, tja, dat gillende varken waar ik de vorige keer over schreef, ik ben er jammer genoeg niet achter gekomen waarom het gilt als de schuur opengaat.

We hebben door dorpen getoerd, twee openlucht musea bezocht en het Nederlandse stel enthousiast gemaakt voor geocaching. We hebben met hen een aantal geocaches gevonden in een bos. In dat bos kwamen we hier en daar afval tegen. Dat wordt daar gedumpt omdat de extra vuilniszak zo duur is. Men heeft een kliko voor Euro 6,00 per maand, maar als men meer vuil heeft moet er een extra vuilniszak worden gekocht voor Euro 3,50. Het uurloon is ongeveer Euro 1,50 en dat maakt zo’ n zak overdreven duur.

Door de dorpen rijdend zien we veel mooie nieuwbouw huizen en oude huizen, allemaal vrijstaand en oud en nieuw zij aan zij. Die oude huizen zijn veelal van steen maar er staan ook nog veel oudere huizen van hout. Soms zijn die goed onderhouden maar over het algemeen zien ze er slecht uit ondanks dat ze veelal bewoond worden. De bewoner kan het financieel niet opbrengen om het huis te onderhouden. Er wordt ook nog bittere armoe geleden. In de winter is het bitter koud in die huizen, ze tochten. De organisatie Charitas steunt deze gezinnen waar mogelijk.

Schade in Polen laten repareren

Het begon allemaal toen de Nederlandse vakantievriend (die in Polen woont, zie boven) ons erop attendeerde dat mijn koplamp niet brandde. Zijn buurman is automonteur en we brachten onze Tucson bij hem. Deze Pool maakte de motorkap open, maakte diverse slangen en andere onderdelen los en zette het kennelijk losgetrilde lampje weer vast. Ik blij en gaf de man (die geen enkel woord buiten zijn eigen deurtje spreekt) een biljet van 10 zlotys (€ 2,50), goed betaald voor 10 minuten werk terwijl het uurloon op € 1,50 ligt. De man wilde het echt niet hebben. Ook niet na veel aandringen.

In het verleden heeft mijn wagen een aantal deuken opgelopen (een kleintje door Corrie en een grotere door mij). Beide deuken op ongeveer dezelfde plaats. In Nederland kostte reparatie € 750.00 en dat vond ik het niet waard. Hier kan dat gerepareerd worden voor € 75,00. Ik ga akkoord en rij achter mijn Poolse monteur aan naar een garage. Ca 30 km verder rijden we een terrein op met allerlei sloopwagens en ik laat mijn wagen achter. Hij hoeft niet op slot, maken ze me duidelijk. Ja, ja, ik weet niet waar ik ben en zet mijn wagen toch maar op slot en geef mijn sleutel af aan een Pool die ik niet versta en ik word door mijn Poolse monteur terug gebracht. Na drie dagen zonder auto en een gevoel van „ ben ik wel goed bezig” kan ik mijn wagen halen. De monteur en zijn goed Engels sprekende zoon rijden Corrie en mij naar de garage, we lopen samen het terrein op, zien veel sloopwagens maar geen Tucson. We wachten maar. Eindelijk komt de baas van de zaak (tevens wethouder) en neemt ons mee naar naar een grasveldje en ja daar staat onze Tucson. En wat is hij mooi geworden. Netjes gerepareerd en geen enkel kleurverschil. Van binnen en buiten schoongemaakt en dat was hard nodig. Ik uit uitbundig mijn blijdschap met een rondedansje en betaal de afgesproken 300 zlotys ( € 75,00). Tevens geef ik een fles wodka. Ook een fles voor mijn Poolse monteur. Ik kijk nog steeds blij en verbaasd naar de rechterachterdeur, zo mooi is die.

Morgen reizen we een stuk westelijker naar een camping ten zuiden van de stad Poznan.

Warme groet,

Corrie en Albert.

Het echte Polen.

POLEN.

We staan sinds een paar dagen op camping Bumerang in het dorp Chlebow, zo’ n 40 kilometer van de stad Lodz. In dit dorp zijn 40 boerderijen. De meesten zijn klein en staan naast elkaar aan de doorgaande weg, schuin naar de weg toe. Deze camping is er één van. De campingeigenaar is geen boer maar houtbewerker. Op het terrein achter zijn boerderijtje lopen een paar kippen en een haan en vliegt zo nu en dan een Vlaamse gaai voor je voeten weg. We staan in een oude appel- en perengaard, het fruit ligt alom op de grond. De achterburen hebben een koe die ’s middags een loei-halfuurtje heeft met andere eenzame koeien van deze keuterboeren. Ze hebben ook een varken dat gilt als ’s middags het hok opengaat. Van diverse erven klinkt regelmatig hanengekraai. De linkerburen hebben enkele koeien. Zo nu en dan ruikt het naar mest en tegen de avond naar bruinkool. Waarschijnlijk hebben deze boeren ook een strook akkerland net buiten het dorp, maar of dat waar is moeten we nog navragen bij de campingeigenaar.

Onderweg van de stad Krakau naar deze camping reden we over de A1, een weg met gescheiden rijbanen maar ook met bushaltes en afslagen naar links. Waar de weg door eikenbossen gaat staan mensen mandjes cantharellen bij de bushaltes te verkopen, vers geplukt in de bossen. Op enkele akkers worden aardappels met de hand gerooid, een man/vrouw of acht op de knieën op de grond. De gerooide aardappels worden op een houten kar, getrokken door een tractor, vervoerd. Hier en daar staat op een veld een eenzame koe. Het landschap is licht glooiend, agrarisch, afgewisseld met dichte eiken- en naaldbossen.

De dorpen zien er goed uit, de wegen zijn goed, altijd geasfalteerd en soms opgelapt en hobbelig. De huizen zijn meestal goed onderhouden, er is veel nieuwbouw. In vergelijking met Frankrijk is het hier opvallend goed onderhouden, op het Franse land zien veel dorpen er qua huizen armoedig uit, die indruk is er hier helemaal niet. En de nieuw gebouwde huizen zijn veel mooier dan de Franse nieuwbouw. De huizen zijn fris geschilderd in pastelkleuren. De daken zijn van metaal of kunststof. Bij oude huizen zijn dat golfplaten of bitumen. Bij de nieuwere huizen liggen er fel gekleurde daken op, meestal rood en soms blauw of gifgroen, ze zien er uit als dakpannen maar we denken dat het kunststof is. Het kan ook van metaal zijn want het dak van de schuur onder de eikenboom op de camping ziet er uit als een pannendak maar is van metaal, wat te horen is door de eikeltjes die de wind over het dak laat tink-tinkeren.

We zien hier en in Krakau verschillen met de streek waar we ruim een week geleden waren. Dat was in de Sudeten. De mensen daar zagen er over het algemeen grof gebouwd uit en kwamen stug over. Hier in het midden van het land, Mazovie, zijn de mensen wat minder stevig gebouwd, meer Westers, de vrouwen zijn mooier. Men is goed en modern gekleed. In de dorpen komen we nog vrouwen tegen met bloemetjesjurken en jaren-60 schorten. In de steden en dorpen hebben we geen groepjes hangjongeren gezien, geen hondenpoep op straat en geen peuken. Er wordt op straat wel gerookt, maar de peuken dooft men in de straatvuilnisbakken waar een speciaal plateautje voor peuken in zit. In de Sudeten zagen we mooi beschilderde en ongeschonden bushokjes, hier zijn ze kaal en onder de graffiti, maar wel heel.

In de dorpen zijn weinig of geen cafe’ s, terrasjes zien we alleen in de grote steden. Er wordt zowel op bruinkool (te ruiken) als op kolen gestookt. Die kolen worden als losse hoop voor de deur afgeleverd waarna de koper het in zijn kelder schept door een luik aan de straat. Armoede is er wel: in de stad zagen we een enkele muf ruikende man in oude, niet verstelde kleding en in enkele dorpen zagen we oudere mensen in de straatvuilnisbakjes zoeken.

De reclame is westers, hier is het bijvoorbeeld ook doorgedrongen dat het opeens bitter noodzakelijk is eelt van de voeten te schrapen. Supermarkten zijn er in alle maten, van kleine dorpswinkeltjes drie in een rij in de dorpsstraat tot grote Tesco’ s en Carrefour of Intermarche in de grotere plaatsen. En ze zijn net zo gevuld als in Nederland.

De mensen zijn overal vriendelijk, als je in de supermarkt wat vraagt komt al het personeel er bij staan, als we met de caravan op de weg moeten keren omdat we verkeerd gereden zijn geeft men ruimte om dat te doen, bij zebra’s stoppen de automobilisten op tijd, men knippert met de lichten om te waarschuwen voor een politiecontrole. Wat wel vreemd was is dat we twee keer moesten betalen voor hetzelfde stuk tolweg: van Krakau naar Katowice moesten we aan het begin èn aan het eind betalen.

Langs welk soort weg we ook rijden, er zijn altijd regelmatig tankstations te vinden.

De taal begint te wennen, we gebruiken ook ezelsbruggetjes. Zo is dankuwel ‚tien koeien’ en een glaasje vruchtensap onthoud ik door aan zwetende sok te denken (Pools: swiezy sok= vers sap).

Bij Krakau werd geadverteerd voor steen en marmer door het bedrijf Krak, in het Nederlands geen aanbeveling. Sklep betekent winkel en chleb is brood. Spreek uit hleb, als ik dat doe klinkt het als hellep. Op het eierdoosje staat dat ‚jaja’ een ei is, maar mijn ANWB taalgidsje Pools zegt dat ei ‚jajko’ is.

Krakau

Krakau staat bekend als één van de mooiste steden van Europa. Er staan inderdaad mooie panden in zachte kleuren. Maar de ogen worden afgeleid door de drukte in de straten, de massa’s mensen en de vele winkels, restaurantjes en terrasjes. Het plein is groots met een prettige wijdse sfeer, er hangt reisplezier. De rest is druk, vol stromen verkeer. Zelfs in het park lopen massa’s mensen.

Lodz.

De stad Lodz (spreek uit Woetsj) is de op één na grootste stad van Polen. De hele stad werd in de 19e eeuw gebouwd tijdens de industriële revolutie. In 1820 liet het tsaristische Congres-Polen de keus vallen op het kleine plaatsje Lódz als toekomstig centrum voor de textielindustrie. In de tweede helft van de 19e eeuw werd Lódz de belangrijkste textielstad ter wereld.

De originele villa’ s en fabrieken in het centrum bieden nu onderdak aan musea en festivals. In mei 2006 is een groot winkel- diensten en recreatiecentrum geopend op een voormalig fabrieksterrein en kreeg de naam Manufactura.

Dat is een mooi centrum. Men heeft er een centrum in het hart van de stad van gemaakt. Er is een ruim plein met fonteinen en terrasjes. In de oude gebouwen is een theater, een fitnesscentrum, een bowlingcentrum. Er is een overdekt winkelcentrum met winkels van internationale allure, b.v. Pierre Cardin, Hugo Boss, Gerry Weber en ZaZa, maar ook met Poolse bedrijven. Ik ben op zoek geweest naar een winterjas, ik heb er één gevonden, een prachtige jas, schitterend gevoerd en doorgestikt maar helaas heel warm, te warm. Ik heb al een hele warme jas thuis in de kast hangen, dus heb deze prachtige jas niet gekocht. We hebben door de stad gewandeld langs brede wegen, langs grote gebouwen, een koepelkerk en grote Jugendstil villa’s van de fabriekseigenaren, groot en luxe, ik zou ze paleizen noemen. En we hebben in een restaurantje in de Manufactura uitstekend geluncht: een flesje mineraalwater, worteltjessoep met gember en room, zachte kipfilet met bulgur en salade en een groot stuk kersencake als toetje. Prima kwaliteit en dat voor totaal Euro 15,00.

Polen was even wennen, maar we hebben het naar onze zin.

Corrie en Albert.

Naar het Oosten.

3 september 2015.

Op zaterdag 22 augustus vertrokken we naar Duitsland. Die eerste dag reden we 330 kilometer en overnachtten we op camping Wannetal in Warstein. Omdat het een aardige en rustige camping was bleven we er 4 nachten. We maakten er een boswandeling vonden een aantal geocaches en bekeken het oude stadje Soest. Het is even wennen dat de borden op de binnenwegen geel zijn, ik had het gevoel dat we een omleiding volgden.

Op donderdag arriveerden we in Saalendorf, in het mooie en door ons geliefde Zittauer Gebirgte. We zijn hier al vier keer eerder geweest in de afgelopen tien jaar. Maar de boerencamping (veehouderij) is veranderd, elke ochtend om zeven uur werden de tractoren en andere landbouwmachines gestart en het duurde minstens een kwartier voor ze vertrokken. Niet echt een rustige camping want ze reden de rest van de dag een aantal keren heen en weer. Men handelt nu ook in gier en als er weer een tank gevuld werd meurde dat over de hele camping.

Op vrijdag liepen we de Lausche, een prachtige en pittige wandeling over de top van de berg de Lausche op de grens van Duitsland en Tsjechie. Het is de hoogste berg van Duitsland ten oosten van de Elbe (793 meter). Bij de top vonden we onze 600ste geocache. Het is alleen maar klimmen, heel stevig, maar op de top geeft al dat gezwoeg een grote voldoening. Na de top gaat de weg in Tsjechie naar beneden, naar een dorpje met twee restaurantjes, steil, steil naar beneden. Na lang gedaald te zijn realiseerden we ons dat we de vorige keren dat we deze wandeling maakten nooit zo steil afdaalden en toen we goed om ons heen keken bleken we ook helemaal fout te zitten. Dus moesten we de steile, steile helling weer omhoog. Dat was pittig en goed voor spieren en longen. Weer terug bij de top vonden we al snel de goede weg en we lunchten in een ouderwets ingericht restaurantje. Albert nam een varkenspoot (haxe) en Tsjechisch bier.

We hadden langer in het Zittauer Gebirgte willen blijven maar vanwege het onrustige van de boerencamping vertrokken we op 30 augustus naar Polen. Die dag was het ruim 30 graden dus een goede reisdag vanwege de airco in de auto. Het stuk autoweg van de Duitse grens naar Wroclaw was saai, saaie weg, saai en vlak landschap. Maar zodra we bij Wroclaw de snelweg verlieten en naar het zuiden koersten werd het landschap mooier en heuvelachtiger. Hier ademt de herfst al in de bomen. De bladeren neigen naar geel en bruin.

Onderweg kregen we twee staaltjes Pools rijgedrag te zien. Op de snelweg zagen we een auto een auto-caravan combinatie aanvallen: eerst werd de combinatie naar de kant geduwd, daarna sneed de auto de combinatie en remde krachtig waarna hij nog een poosje links van de combinatie meereed en ander verkeer ophield. Later, op een provinciale weg met een rijbaan, werden we ingehaald door een busje wat na het inhalen links bleef rijden met knipperende lichten. Net voordat er tegemoetkomend verkeer aankwam ging hij pas naar rechts. Volgens onze camping eigenaar is dat laatste niet ongewoon.

We zijn op een eenvoudige camping, gerund door Nederlanders. Het ligt dicht bij de Tsjechische grens. We zijn de enige gasten.

Er zijn in dit gebied veel dorpjes en gehuchten. In het dichtstbijzijnde dorp, Miedzylesie, zijn drie supermarktjes en twee geldwisselkantoortjes, maar een cafeetje of een terrasje is er niet. De bakker verkoopt goed brood. Het brood hier is beter dan het Duitse brood. In mijn herinnering was het Duitse brood stevig, maar in de paar dagen dat we in Duitsland waren hebben we alleen slap brood gegeten. De broodverbeteraar heeft duidelijk ook Duitsland overwonnen. Een roggebrood was na vier dagen nog even ‚vers’ als bij aankoop. Maar in Polen is het brood steviger en smakelijker.

Op woensdag 2 september hebben we het stadje Klodzko bezocht. Aardig stadje met oude gebouwen in (volgens mij) Duitse bouwstijl en een aantal kronkelige, steile straatjes. We hebben er 4 geocaches gezocht maar geen van alle gevonden. Uit eten gaan is goedkoop, de porties zijn groot en de kwaliteit is goed (we zijn 2 keer uit eten geweest). De koffie is meestal goed en het gebak……. mmmmmmm.

De wegen in Polen

De snelwegen zijn goed geasfalteerd, het vervelende is dat een auto met caravan 80 km per uur mag en een vrachtwagen 90 km per uur en dat leidt tot irritaties. Er wordt streng op de snelheid (van buitenlanders) gelet en de boetes zijn niet mis. Door rood is al snel € 300,00. Alles wordt elektronisch bewaakt. Politie zie je nergens maar vaak hoor je sirenes. Buiten de snelwegen is het een puinhoop. Nergens zo slecht in Europa als in Polen. Ja ze worden gerepareerd maar er zit geen enkele structuur in. Asfalt wordt weggegraven 5 cm diep met een scherpe rand en dat laat men zo. Op veel andere plaatsen wordt wel gewerkt aan de weg en door gebrek aan organisatie leidt dat tot files. We deden er op 7 september j.l. 8 uur over om ca 300 km af te leggen. Om langs het stadje Klodzko te komen stonden we 1,5 uur in de file. Dat komt, bleek achteraf, dat het verkeer vanuit de stad de rotonde verstopte want zij hebben voorrang. Dus de auto’s (veel vrachtwagens) van de doorgaande weg moesten wachten. Af en toe kon er een tussen glippen en reed de hele file weer een plaatsje op. De Polen zijn harde werkers, maar er is geen organisatie. In een dorp mag je 50 km per uur rijden en twee huizen langs de weg is een dorp. Ik heb meer op mijn snelheidsmeter gekeken dan naar de omgeving. Als je met auto en caravan 80 km rijdt en je moet terug naar 50 km lukt dat niet binnen enkele meters en dan heb je de electronica die je afstraft. Ik ben benieuwd wat ik bij thuiskomst voor verrassingen vind.

Woensdag 9 september.

Sinds maandag zitten we op camping Jazy in Makow Podhalanski, ongeveer 60 kilometer ten zuiden van Krakau. Een kleine camping met een woning waarvan het dak zo op het oog elk moment naar beneden kan glijden en dat bewoond wordt door de campingeigenaars die in datzelfde pand gastenkamers verhuren. Vanmorgen trok ik het toilet door waarmee met veel geratel het deksel van de lage stortbak eraf rommelde en de vlotter niet meer op de juiste positie terug te hangen was. Ook Albert lukte het niet het ding te repareren, de campingdame was niet te vinden dus heeft Albert de kraan maar dichtgedraaid.

Er is hier wel goede WiFi, we ontvangen het zelfs in onze caravan.

Om hier te komen hebben we dus 8 uur over ca. 300 kilometer gedaan! Toen we om 17.00 uur op de camping aankwamen werd ons verteld dat er geen water was. Men was al aan het repareren, maar wanneer dat klaar kon zijn was onbekend. Misschien zou dat dagen gaan duren. We zijn daarom naar het dichtstbijzijnde dorp gereden en hebben bij een tankstation onze 2 jerrycans gevuld met water. We aten in een luxe restaurant (het enige dat open was), dat was ok maar niet goed, we hebben in Polen wel eenvoudiger en beter gegeten. Bij terugkomst op de camping bleek het water weer te stromen.

Hier heeft de herfst al voet aan de grond, bladeren vallen en de avondtemperatuur is onder de 10 graden.

Momenteel kunnen we geen serie foto' s sturen. We hebben onze nieuwe Apple meegenomen en we krijgen het niet voor elkaar om meer dan 1 foto tegelijkertijd te verzenden. Dus op foto' s vind je momenteel maar 1 foto. Als iemand weet hoe we meerdere foto's tegelijk kunnen versturen, horen we dat graag.

Albert en Corrie